Technische Universiteit Delft
Faculteit Werktuigbouwkunde, Maritieme Techniek en Technische Materiaalwetenschappen
Transporttechnologie / Logistieke Techniek



G.J.S. Vroege Just-in-time in de externe toelevering.
Literatuuropdracht/scriptie, Rapport 92.3.LT.3022, Transporttechnologie, Logistieke Techniek.


Just-in-Time in de externe toelevering wordt in Japan succesvol toegepast. Bij toepassing in het Westen moet rekening gehouden worden met een cultuurverschil in de relatie tussen bedrijven: in Japan worden de toeleveranciers overheerst door de uitbesteder, in het Westen moet de basis van een relatie samenwerking zijn.

Het model van JIT in de externe toelevering in het Westen bestaat uit een vijftal elementen. De eerste is de taktische planning waarin de relatie tussen de uitbesteder en de toeleverancier centraal staat. De overige vier elementen zijn onderdeel van de operationele planning. Deze zijn: de informatiestroom, de materiaalstroom, de expediteur en de kwaliteitsborging.

Om samenwerking te bereiken moeten de partijen op elkaar kunnen vertrouwen. Het zijn de kwalitatieve factoren die voor het vertrouwen zorgen. De kwalitatieve factoren worden bepaald door een goed toeleveranciersprogramma en een degelijke opzet. In het toeleveranciersprogramma worden de toeleveranciers geïnformeerd. De uitbesteder kan aantonen een degelijke opzet te hebben door serieus te werken aan: het relatiebeheer, de contractvorm, de kostenberekening en de rationalisatie.

De kwantitatieve factoren dienen ter ondersteuning van de kwalitatieve factoren. Het zijn alle afspraken die opgenomen kunnen worden in het raamcontract.

De informatiestroom naar de toeleverancier bestaat uit de planningsinformatie en de direkte afroep. Voor het verzenden wordt gebruik gemaakt van Electronic Data Interchange (EDI).

Onderdelen die een grote waarde vertegenwoordigen in de omzet hebben moeten gekozen worden voor JIT -toelevering. De toeleverfrequentie is gebaseerd op minimale transport- en voorraadkosten.

De expediteur moet de logistieke functie van de toeleverancier en uitbesteder overnemen. De expediteur kan door middel van het combineren van vrachten de materiaalstroom optimaliseren. De expediteur beheert het centrale magazijn voor niet JIT-goederen.

Er zijn vijf functies in de kwaliteitsborging: de kwaliteitsplanning, kwaliteitsbeheersing, kwaliteitsbeproeving, kwaliteitssturing en kwaliteitskostenbewaking. Bij de planning bepaalt de uitbesteder de doelstellingen. De verantwoording voor de kwaliteit ligt bij de toeleverancier. De beproeving is een functie van beide partijen, er moet gebruik worden gemaakt van statistische methodes. In de kwaliteitssturing wordt het kwaliteitsborgingssysteem geëvalueerd door de uitbesteder. Bij de kostenbewaking wordt gestreefd naar het verlagen van de totale kwaliteitskosten. Kwaliteitskosten zijn de faalkosten, preventiekosten en beoordelingskosten.


Rapporten studenten Logistieke Techniek
Gewijzigd: 2000.07.29; logistics@3mE.tudelft.nl , TU Delft / 3mE / TT / LT.