Technische Universiteit Delft
Faculteit Werktuigbouwkunde, Maritieme Techniek en Technische Materiaalwetenschappen
Transporttechnologie / Logistieke Techniek



Y.A. de Boer Een database van de exportstack van een Jumbo Container Terminal.
Computeropdracht, Rapport 99.3.LT.5157, Transporttechnologie, Logistieke Techniek.


Dit verslag behandelt het ontwerp en de implementatie van een database voor een exportstack van een Jumbo Container Terminal. De database is eerst ontworpen volgens object-georiënteerde beginselen en later geïmplementeerd in een relationeel Data Base Management Systeem (DMBS). De database is nodig om een groot aantal simulaties te ondersteunen dat wordt uitgevoerd naar aanleiding van een onderzoek naar een nieuw soort containerterminal.

De randvoorwaarden waarbinnen gewerkt wordt zijn die van het beoogde ontwerp van de exportstack van de nieuwe containerterminal. Deze exportstack zal bestaan uit een bepaald aantal stacking lanes. De stacking lanes zijn weer onderverdeeld in dwars- en langs-partities. Combinaties van deze partities vormen de stack zones. Deze stack zones bestaan weer uit één of meer stack pillars, oftewel stapels slots. Het kleinste detailniveau van deze onderverdeling van de exportstack is het slot niveau. De slots zijn uiteindelijk de eenheden die de containers kunnen herbergen.

Deze opbouw van de exportstack is ook makkelijk terug te vinden in het object-georiënteerde model van de database. Het object-georiënteerde model, of kort objectmodel, is tot stand gekomen op de volgende wijze. Eerst zijn alle relevante objectklassen gedefinieerd. Vervolgens zijn de bijbehorende associaties en attributen hieraan toegevoegd. Tot slot is dit geheel aangevuld met de operaties en methodes die nodig zijn om de database te kunnen laten functioneren.

Op het moment dat het objectmodel geïmplementeerd moest worden in Delphi, bleek dat Delphi geen object-georiënteerd DBMS bezat. Hierop is besloten om gebruik te maken van het relationele DBMS dat wél aanwezig is in Delphi. Het objectmodel moest hiervoor echter wel eerst omgevormd worden tot een relationeel data schema.

Het relationeel dataschema is vervolgens geïmplementeerd in Paradox, wat binnen Delphi het DBMS is met de meeste mogelijkheden. Bij de geïmplementeerde database zijn vervolgens nog de queries geschreven die nodig waren om de gewenste informatie uit de database te kunnen halen.

Na de implementatie worden kort de verschillen in het ontwerp, de implementatie en deze specifieke database, tussen een relationele en object-georiënteerde database besproken. Dit verschil komt voornamelijk neer op een grotere overeenkomst tussen het model en de werkelijkheid en een groter gemak waarmee wijzigingen in de structuur van de database zijn aan te brengen bij een object-georiënteerde database.

Uiteindelijk mag geconcludeerd worden dat:


Rapporten studenten Logistieke Techniek
Gewijzigd: 1999.04.21; logistics@3mE.tudelft.nl , TU Delft / 3mE / TT / LT.